Reportage: Een Vroegchristelijke tour in Rome
Om kennis te maken met de wereld van de Vroegchristelijke Kerk is Rome de plaats bij uitstek. Al voordat Paulus terechtkwam in Rome (mogelijk 62 AD), waren er al diverse huisgemeenten actief. De legendarische tradities over de christelijke gemeenten in de eerste en tweede eeuw ontstonden voornamelijk in de vijfde eeuw. Vanaf die tijd zijn de meest bijzondere voorwerpen aan te treffen in Rome: het doopvont dat Petrus gebruikte (Santa Prisca), de boeien van Paulus (San Paolo fuori le Mura), een stuk van het kruis van Jezus (San Pietro) en de tafel van het Laatste Avondmaal (San Giovanni in Laterano).
In de zoektocht naar de plaatsen waar de eerste christenen samenkwamen, moet gebruikt gemaakt worden van de traditie. De traditie geeft aan waar de Tituli (eerste plaatsen van samenkomst) zich bevonden. De Tituli die hieronder worden weergegeven zijn te vinden in onder andere Trastevere en de Aventijn. Over deze twee wijken kan met zekerheid gezegd worden dat daar de eerste christenen leefden.
Santa Prisca
De traditie beweert dat de Santa Prisca teruggaat naar een Nieuw-Testamentische huisgemeente onder leiding van Priscilla (Rom. 16). Daarnaast gaat de legende verder dat Prisca uiteindelijk vanwege het geloof om het leven is gekomen, en de relieken in het altaar worden bewaard. Het kerkgebouw werd voor het eerst gebouwd in de vierde of vijfde eeuw, maar verscheidene keren daarna verwoest. Onder het gebouw is een antieke tempel gewijd aan de god Mithras te vinden. Dat deze titulus stamt uit de vijfde eeuw is geverifieerd met behulp van documenten behorend bij een synode uit het jaar 499.
Santa Sabina
Volgens de traditie behoorde Sabina tot de aristocratie die door haar huisslaaf tot het christelijk geloof getrokken werd. Haar ouderlijk huis stond op de heuvel Aventijn, en zou gebruikt zijn voor samenkomsten van een huisgemeente. Net als Santa Prisca is het gebouw een voormalig seculier Romeinse gebouw, een basiliek, waar markten werden gehouden en rechtgesproken werd. De basiliek en de mozaïeken stammen uit de vijfde eeuw.
San Clemente
Het verhaal gaat dat de San Clemente is gerelateerd aan “paus” Clement I die leefde aan het einde van de eerste eeuw. Echter, het is waarschijnlijker dat deze plaats is gerelateerd aan een Clement die een onbekende huiseigenaar was en een gemeente verwelkomde in zijn huis. Hoewel de basiliek uit de twaalfde eeuw stamt, is er een ondergronds kerkgebouw te vinden uit de vierde eeuw. Dit gebouw was destijds op een heidense tempel gebouwd, gewijd aan de god Mithras, welke stamt uit de eerste eeuw.
Santa Pudenziana
Volgens de overleveringen herbergde de Romeinse senator (politicus) Pudens Petrus en Paulus in zijn huis. Zijn dochters Praxedis en Pudenziana verkochten hun eigen bezittingen om de armen in de stad te dienen. De Santa Pudenziana zou het huis zijn geweest wat de martelares Pudenziana van haar vader erfde en gebruikte voor de christelijke gemeente om samen te komen. De Santa Pudenziana is één van de oudste kerkgebouwen in Rome en gaat terug naar de vierde eeuw.
Santa Cecilia
De lokale traditie beweert dat martelares Cecilia (late tweede eeuw) uit een aristocratische familie kwam en haar huis weggaf aan de christelijke gemeente. Echter, het is te betwijfelen of er onder het huidige kerkgebouw een domus (Romeins huis voor de elite) te vinden is. Het gebouw stamt uit de negende eeuw.
San Callisto
De traditie verbindt het kerkgebouw met de Romeinse bisschop Callistus (overleden in 222). Op deze plaats zou Callistus samengekomen zijn met andere gelovigen in het huis van de patriciër (adellijk geslacht) Pontianus. Tijdens de vervolgingen is Callistus op deze plaats vermoord. Het huidige kerkgebouw stamt uit het begin van de zeventiende eeuw, hoewel de locatie schijnbaar ook in de achtste eeuw gebruikt werd voor samenkomsten.
De bovenstaande Tituli bevinden zich in de wijken waar de eerste christenen samenkwamen. De traditie heeft, terecht of onterecht, locaties en personen (voornamelijk martelaren) met elkaar verbonden. Wat zeker is dat de gemeenten in de eerste twee eeuwen vooral bestonden uit mensen die deel uit maakten van de lagere klassen van de bevolking. In Rome is het dan ook tevergeefs [zoeken naar overblijfselen](), omdat er in die tijd geen gebruik werd gemaakt van “kerkgebouwen”, gewijde altaren, catacomben en zeker geen christelijke kunst.
Literatuur:
Lampe, Peter (2003) From Paul to Valentinus, Christians at Rome in the first two centuries, Minneapolis, MN: Fortress Press.